In de regio gezamenlijk aan de slag voor passende langdurige ggz
Mensen die langdurig en intensieve geestelijke gezondheidszorg nodig hebben, moeten nu en in de toekomst passende zorg en ondersteuning krijgen. Dat vraagt om goede samenwerking en inzet van alle betrokken partijen. Zorgverzekeraars Nederland en de zorgkantoren zijn blij met de afspraken die Valente, de Nederlandse GGZ, MIND, VNG, ZN en VWS hebben gemaakt. “Deze afspraken zijn het vertrekpunt om met elkaar passende zorg en ondersteuning te bieden”, aldus Ingrid Schouw, clustermanager bij van zorgkantoor Midden IJssel (Salland Zorgkantoor).
De betrokken partijen zien dat het noodzakelijk is om nu actie te ondernemen om zo de druk op de langdurige geestelijke gezondheidszorg (GGZ-W) te verminderen. Paulien Brunings, a.i. directeur van Zilveren Kruis Zorgkantoor vult aan: “Het is goed om te zien dat we als partijen in gezamenlijkheid onze verantwoordelijkheid pakken om bij te dragen aan goede langdurige GGZ. We kunnen dit alleen als we de handen ineen slaan.” Die samenwerking vindt vooral in de regio plaats. Schouw: “Hoewel zorgkantoren de instroom niet kunnen beïnvloeden, zien wij wel dat de toegankelijkheid en betaalbaarheid van langdurige zorg in het geding komen. Daarom brengen we in de regio partijen samen, om op basis van de regiobeelden het gesprek te voeren en tot een plan van aanpak te komen”.
Instroom
Binnen de Wet langdurige zorg (Wlz) is sinds 1 januari 2021 ruimte gecreëerd voor zorg en ondersteuning aan mensen die blijvende geestelijke gezondheidszorg nodig hebben. De instroom van mensen met een psychische stoornis in de Wlz is veel hoger dan verwacht. Dit betreft voornamelijk mensen die eerder ondersteuning kregen vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De druk op de intensieve geestelijke gezondheidszorg is daardoor groot.
Passende zorg en ondersteuning
Het vertrekpunt van de gemaakte afspraken is dat mensen met een ernstige psychische aandoening en een langdurige zorgvraag de juiste zorg en ondersteuning krijgen. Binnen hun eigen mogelijkheden werken zij aan herstel en maatschappelijke participatie. De afspraken richten zich op korte en langere termijn. Eén van de drie kortetermijnmaatregelen betreft de opgave van de zorgkantoren, gemeenten en zorgaanbieders om per zorgkantoorregio te komen tot een regio-aanpak om de best passende zorg en ondersteuning te bepalen voor mensen die behoefte hebben aan wonen met een GGZ indicatie. Om tot passende zorg te komen, wordt ook gekeken naar voor wie de langdurige GGZ bedoeld is en komt er een onderzoek naar het afgeven van langer durende WMO-beschikkingen.
ZN vertrouwt erop dat de maatregelen voor korte en langere termijn die in de bestuurlijke afspraken staan beschreven, gaan helpen om passende zorg en ondersteuning te realiseren voor deze doelgroep.
Een volledig overzicht van de uitgangspunten en maatregelen staat in de bestuurlijke afspraken.
Dit vind je misschien ook interessant
Eigenaarschap en commitment in de regio sleutels tot terugdringen GGZ-wachttijden
Eigenaarschap en commitment in de regio zijn sleutels om wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) terug te dringen. Omdat er in steeds meer regio’s eigenaarschap en commitment is, lukt het ook om tot concrete en gezamenlijke plannen te komen.
In de regio gezamenlijk aan de slag voor passende langdurige ggz
Mensen die langdurig en intensieve geestelijke gezondheidszorg nodig hebben, moeten nu en in de toekomst passende zorg en ondersteuning krijgen. Dat vraagt om goede samenwerking en inzet van alle betrokken partijen. Zorgverzekeraars Nederland en de zorgkantoren zijn blij met de afspraken die Valente, de Nederlandse GGZ, MIND, VNG, ZN en VWS hebben gemaakt. “Deze afspraken zijn het vertrekpunt om met elkaar passende zorg en ondersteuning te bieden”, aldus Ingrid Schouw, clustermanager bij van zorgkantoor Midden IJssel (Salland Zorgkantoor).
Regiomonitor eerste helft 2023 beschikbaar
Elk half jaar brengt de Stuurgroep Toegankelijkheid en wachttijden ggz de Regiomonitor uit. De monitor laat de wachttijdcijfers zien per regio (openbare databron Nederlandse Zorgautoriteit) en de voortgang op het instellen van ‘mechanismen’ die door de stuurgroep als randvoorwaardelijk worden beschouwd voor het bijdragen aan de toegankelijkheid van de ggz.