Zorgverzekeraars nemen aanvullende maatregelen in de strijd tegen medicijntekorten
Zorgverzekeraars maken zich zorgen over medicijntekorten. Om beter inzicht te krijgen in de aard en omvang ervan heeft Zorgverzekeraars Nederland onderzoek laten doen door onderzoeksbureau Gupta Strategists (oktober 2024) over de data van 2022 en 2023. Dit onderzoek laat onder andere zien dat de medicijntekorten groter worden. Ook de door zorgverzekeraars ingekochte, preferente middelen laten tekorten zien. Elk tekort is er een te veel en daarom nemen zorgverzekeraars per direct een aantal maatregelen in het preferentiebeleid. Daarnaast wordt een beroep gedaan op anderen zoals het ministerie en de apothekers om dit probleem gezamenlijk aan te pakken. Daarbij is het zo snel mogelijk creëren en uitwisselen van transparante data over tekorten, bijvoorbeeld bij een onafhankelijke derde partij, essentieel. Alleen zo krijgen we een compleet beeld van de tekorten en kunnen we samenwerken aan structurele oplossingen in het belang van de patiënten.
Aanvullende maatregelen zorgverzekeraars
In februari dit jaar hebben zorgverzekeraars al maatregelen genomen om tekorten bij preferente middelen te voorkomen of te verkorten. Zo zijn tussentijdse prijsaanpassingen mogelijk, is er spreiding van inkoop en kunnen aanpassingen van financieel beleid plaatsvinden bij het niet nakomen van het contract.
Naar aanleiding van het onderzoek nemen zorgverzekeraars de volgende aanvullende maatregelen:
- Zorgverzekeraars laten het preferentiebeleid los bij een dreigend tekort om de markt zo ruimte te geven om te zoeken naar een oplossing. Zorgverzekeraars doen dit al, maar willen dit eerder kunnen doen. Hiervoor is echter eerder en beter inzicht nodig wanneer er een tekort dreigt: we vragen daarom aan partijen, zoals de leveranciers en de inspectie, om de informatie die zij nu al met CBG/IGJ delen ook op tijd met zorgverzekeraars te delen. Op het moment dat zorgverzekeraars inzicht hebben, kunnen ze maatregelen nemen door het medicijn niet meer als voorkeursmedicijn aan te merken en/of met de leverancier tot een oplossing te komen voor een vervangend product.
- De zorgverzekeraars hebben elk zo’n 500- tot 900 preferente middelen. Partijen betogen dat de middelen aan de onderkant van de markt kwetsbaar zijn door de lage prijs en daardoor lage marges. Het onderzoek laat niet zien dat in dit deel van de markt de tekorten groter zijn. Zorgverzekeraars gaan de komende periode onderzoeken wat het effect van het preferentiebeleid is bij de tekorten in deze groep. Dit doen ze onder strikte voorwaarden. Ze zullen de effecten nauwgezet monitoren. Een aantal zorgverzekeraars heeft dit op eigen initiatief al besloten. Zorgverzekeraars gaan uitwerken hoe ze daar gezamenlijk stappen in kunnen nemen.
- Zorgverzekeraars gaan de 2 weken veiligheidsvoorraad in de groothandel van preferente geneesmiddelen meefinancieren door middel van zogeheten bevoorschotting. Een extra voorraad moet het aantal tekorten verminderen, zeker kortdurende tekorten en geeft meer tijd voor een oplossing.
Onafhankelijk meldpunt
Om de juiste informatie te delen, pleiten zorgverzekeraars voor een onafhankelijk meldpunt voor alle betrokken partijen. Zorgverzekeraars geven er sterk de voorkeur aan dat VWS dit meldpunt zo spoedig mogelijk inricht. Zorgverzekeraars kunnen nu pas laat ingrijpen, doordat ze vaak heel erg laat, soms een of twee dagen van tevoren, op de hoogte zijn van het tekort. Belangrijk is ook dat er een volledig en verifieerbaar beeld van beschikbaarheid in alle schakels van de keten komt. Nu hanteren alle partijen een eigen bepaling en dat zorgt voor verwarring over de daadwerkelijke tekorten.
Preferentiebeleid
In Nederland hebben zorgverzekeraars de wettelijke taak om medicijnen in te kopen. Dat doen ze onder andere via het zogeheten preferentiebeleid. Ze vergoeden het geneesmiddel dat ze als voorkeursmiddel hebben aangewezen. De lagere inkooptarieven verrekenen de zorgverzekeraars in de premie. Jaarlijks scheelt dit in totaliteit 600 tot 800 miljoen euro per jaar aan zorgkosten. Het preferentiebeleid is daarom een effectieve manier gebleken om de premie betaalbaar te houden. Ook biedt het leveringszekerheid, doordat zorgverzekeraars afspraken maken met de leveranciers over aan te houden voorraden. In Nederland wordt het preferentiebeleid vaak als mogelijke oorzaak van medicijntekorten aangemerkt. Het onderzoek van Gupta Strategists laat zien dat medicijntekorten zich voordoen bij zowel preferente als bij niet-preferente middelen. Doordat 86% van alle generieke medicijnen (ook merkloze medicijnen) binnen het preferentiedomein* vallen, is het logisch dat medicijntekorten ook vaak in deze groep voorkomen. In 84% van deze tekorten worden de tekorten opgevangen met een product met dezelfde werkzame stof, toedieningsvorm en dosis. 4% wordt opgevangen door dezelfde werkzame stof maar met een andere dosering of toedieningsvorm.
Medicijntekorten internationaal probleem
Tekorten zijn geen nieuw en ook geen specifiek Nederlands fenomeen. Het onderzoek laat zien dat tussen 2021 en 2023 er een verdubbeling is van het volume, gemeten in DDD** . De cijfers zijn gebaseerd op declaratiegegevens van zorgverzekeraars en de tekortenregistratie van SFK***. Medicijntekorten hebben meerdere oorzaken, die op verschillende plekken in de keten ontstaan; zoals productie- en distributieproblemen. Tekorten zijn onwenselijk, maar ook moeilijk te bestrijden. Daarom is samenwerking tussen alle partijen in de markt van essentieel belang om medicijntekorten zo goed als dat kan gezamenlijk op te lossen, zodat de patiënten er geen last van hebben.
*Preferentiedomein: Alle PRK-clusters waarop één of meerdere zorgverzekeraars preferentiebeleid voeren. Een PRK-cluster is een groep uitwisselbare medicijnen, met exact dezelfde werkzame stof, toedieningsvorm én dosering.
**DDD: Daily Defined Dose: standaarddosering voor een volwassene per dag; standaardmaat waarmee volumes tussen geneesmiddelen vergelijkbaar worden.
*** Bij SFK worden tekorten gemeld wanneer één of meerdere groothandels niet kunnen leveren.
Uitgelichte artikelen
Gezamenlijke aanpak voor toekomstbestendige kraamzorg
Pas bevallen moeders en hun gezinnen verdienen goede kraamzorg, maar de kraamzorg staat onder druk. Personeelstekorten en een veranderende zorgvraag maken het uitdagender om pas bevallen moeders en hun gezinnen goede kraamzorg te bieden. Bo Geboortezorg en Zorgverzekeraars Nederland werken samen om de uitdagingen in de sector aan te pakken. In een gezamenlijke visie beschrijven zij een toekomstbestendige kraamzorg, zodat cliënten kunnen rekenen op passende zorg en medewerkers met plezier kunnen werken.
Vergoeding apotheekbereidingen 2025 bekend
Zorgverzekeraars hebben bekend gemaakt welke (doorgeleverde) apotheekbereidingen zij vanaf 1 januari 2025 niet meer vergoeden.
Voorschrift zorgtoewijzing 2025 langdurige zorg is gepubliceerd
Het voorschrift zorgtoewijzing voor 2025 is gepubliceerd. Dit voorschrift is onderdeel van afspraken tussen zorgkantoren en zorgaanbieders. Het beschrijft hoe iemand met een zorgvraag naar passende Wlz-zorg komt.